Veelgestelde vragen over een omgevingsvergunning
Na het verkrijgen van de vergunning moeten de werken binnen de 2 jaar starten. De vergunning wordt nietig verklaard wanneer dit niet het geval is. Daarnaast worden ze ook nietig verklaard als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen de 5 jaar na het verkrijgen van de vergunning of wanneer de werken gestopt worden voor een periode van 3 opeenvolgende jaren.
De verkavelingsvergunning hangt af van de verkaveling. Eén van de belangrijkste aspecten is of deze verkaveling beschikt over wegen of niet.
De verkavelingsvergunning zonder wegen vervalt:
Wanneer â…“ van de kavels binnen de 5 jaar niet verkocht of verhuurd is voor meer dan 9 jaar.
Wanneer â…” van de kavels binnen de 10 jaar niet verkocht of verhuurd is voor meer dan 9 jaar.
De verkavelingsvergunning met aanleg van wegen vervalt:
Wanneer binnen de 5 jaar de wegen nog niet aangelegd zijn.
Wanneer â…“ van de kavels binnen de 10 jaar niet verkocht of verhuurd is voor meer dan 9 jaar.
Wanneer â…” van de kavels binnen de 15 jaar niet verkocht of verhuurd is voor meer dan 9 jaar.
Wanneer een omgevingsvergunning of melding nodig is, is in principe ook een architect nodig.
Voor een aantal ingrepen geldt er echter wel een vrijstelling van de verplichte medewerking van een architect. De voorwaarde is wel dat deze ingrepen noch de oplossing van een constructieprobleem met zich meebrengen, noch de stabiliteit van het gebouw wijzigen. Voor meer info over wat nu precies wel of niet zonder tussenkomst van een architect kan gebeuren kan u hier terecht.
Stedenbouwkundige handelingen zijn de handelingen die vroeger onder de categorie stedenbouwkundige vergunning of de bouwvergunning vielen. De zaken die hieronder vallen zijn onder andere bouwen, aanbouwen, verbouwen, slopen, bomen vellen, ontbossing, reliëfwijzigingen, functiewijzigingen, aanleg van recreatief terrein en bijstellen van de voorwaarden in een vergunning voor stedenbouwkundige handelingen.
Een omgevingsvergunning is in principe altijd nodig in geval van een verbouwing of renovatie maar er zijn enkele uitzonderingen.
Die kunnen we opdelen in drie grote categorieën:
Niet-vergunningsplichtige werken:
Het gaat hier om zeer eenvoudige onderhoudswerken. Vb. Het vervangen van ramen, schilderen van dakbedekking en gevels...
Handelingen vrijgesteld van vergunningen
Hier gaat het om werken zonder stabiliteitswerken en zonder wijziging van het fysieke bouwvolume. vb. Plaatsen van rolluiken, plaatsen van een keuken of badkamer, plaatsen van binnen isolatie
Handelingen waarvoor de vergunningplicht vervangen is door meldingsplicht
Dit is een mogelijkheid wanneer de stabiliteit van de constructie uitgevoerd wordt binnen de woning, aan de zijgevels, achtergevels of het dak.
vb. Plaatsen van een nieuwe raamopening in de zij- en achtergevel, vervangen van dragende balken van het dak
Als de functie van het gebouw verandert is er echter steeds een vergunningsplicht. Informeer ook zeker bij je gemeente voor mogelijke afwijkingen.
Voor meer specifieke voorbeelden kan u hier terecht.
In geval van kleinere werken aan woningen of gebouwen kan een melding volstaan en is er geen nood voor een vergunningsaanvraag. Hier staan echter wel vrij strenge regels op. Een meldingsplicht kan de vergunning vervangen als het gaat om:
Een aanbouw van max 40m² (inclusief reeds aangebouwde bijgebouwen);
Een aanbouw van max 4 meter hoog;
Functie van de woning mag niet veranderen;
Zijtuin minstens 3 meter van perceelsgrens;
Achtertuin minstens 2 meter van perceelsgrens;
Een aanbouw tegen een aanpalend gebouw. Ze mogen de scheidingsmuur niet wijzigingen.
Voor een bijgebouw of uitbreiding is steeds een vergunningsplicht, hier zijn geen uitzonderingen bij. Deze voorwaarden kunnen echter ook verschillen van gemeente tot gemeente. Ga dus zeker informeren bij jouw gemeente.
Ook in geval van een melding is de medewerking van een architect vereist als er structurele werken aan verbonden zijn.
Voor een sloping is normaal gezien altijd een vergunning nodig. Het slopen van een gebouw kan zonder een vergunning wanneer:
De plaatsing van dit gebouw ook zonder vergunning kan;
De volledige afbraak kan zolang het pand niet:
Deel van het bouwkundig erfgoed is;
Het gebouw een sterk belang heeft voor de kwaliteit van de leefomgeving.
Deze voorwaarden kunnen licht verschillen van gemeente tot gemeente. Dus ga je informeren bij jouw gemeente.
De medewerking van een architect is vereist, tenzij voor slopen van losstaande gebouwen.
Ja, voor het vellen van een boom met een omtrek en een hoogte van tenminste één meter is een omgevingsvergunning nodig. Een vrijstelling kan van toepassing zijn wanneer:
De boom niet deel is van een bos;
De boom in een woongebied, agrarisch gebied of industriegebied staat;
De boom niet in een woonparkgebied staat;
De boom op max 15 meter van de woning staat.
De regels hierrond kunnen verschillen van gemeente tot gemeente, dus informeer u zeker bij uw gemeente alvorens u begint met het opstellen van de aanvraag.
Voor een reliëfwijziging is geen omgevingsvergunning nodig, onder de volgende voorwaarden:
Het terrein is een niet ruimtelijk kwetsbaar, erosie- of overstromingsgevoelig gebied;
De functie van het gebied verandert niet;
De reliëfwijziging is kleiner dan 30 kubieke meter;
De hoogte of diepte van de wijziging is minder dan 50cm;
De reliëfwijziging heeft geen invloed op het stromen van grachten of andere waterlopen;
Het zorgt niet voor belemmering bij de waterafloop tussen percelen;
De reliëfwijziging moet steeds rekening houden met:
Stedenbouwkundige verordeningen
Ruimtelijke uitvoerplannen
Plannen van aanleg
Verkavelingen of stedenbouwkundige vergunningen
Andere regelgeving die op het perceel van toepassing zijn.
De regels hierrond kunnen verschillen van gemeente tot gemeente, dus informeer u zeker bij uw gemeente alvorens u begint met het opstellen van de aanvraag.
Grondgebruik voor opslag, tenten of caravans is vergunningsplichtig, tenzij:
Het gaat om een opslag van minder dan 10 kubieke meter die niet zichtbaar is vanop de openbare weg;
Het gaat om één verplaatsbare, bewoonbare inrichting die niet zichtbaar is vanop de openbare weg, zonder er effectief in te wonen.
De voorwaarden voor vrijstelling zijn als volgt:
Staat binnen straal van 30m van woning;
Geen woonfunctie.
De regels hierrond kunnen verschillen van gemeente tot gemeente, dus informeer u zeker bij uw gemeente alvorens u begint met het opstellen van de aanvraag.
De aanleg of herinrichting van recreatief terrein is vergunningsplichtig. Er wordt een uitzondering gemaakt wanneer:
Het aanleggen van een nieuw recreatief terrein in een terrein dat deze functie al heeft;
Het vervangen van een recreatief terrein door een recreatief terrein met een andere functie (vb. Vervangen van een tennisveld door een basketbalveld);
Bestaande terreinen of gebouwen moeten reeds vergund zijn;
Terreinen worden niet uitgebreid en bufferzones blijven gerespecteerd;
Er is geen sprake van een functiewijziging;
Er worden geen gebouwen gesloopt;
Het vindt niet plaats in ruimtelijk kwetsbaar gebied;
Er is geen sprake van ontbossing, wijzigingen aan waterlichamen of grote reliëfwijzigingen.
De regels hierrond kunnen verschillen van gemeente tot gemeente, dus informeer u zeker bij uw gemeente.
Ja, voor het plaatsen van dergelijke handelingen is er ook een omgevingsvergunning nodig. Het kan echter vrijgesteld worden van vergunningplicht als het voldoet aan de volgende voorwaarden:
De werken mogen geen bouwvolume bevatten;
Het mag niet 1,5 meter boven het maaiveld geplaatst worden;
Het mag niet dichter dan 1 meter bij de perceelsgrens komen;
Het moet zich op minstens 30 meter van de woning bevinden;
Het mag niet in een kwetsbaar gebied liggen.
De regels hierrond kunnen verschillen van gemeente tot gemeente, dus informeer u zeker bij uw gemeente alvorens u begint met het opstellen van de aanvraag.
Stap 1: Informeer je, zoek op wat de verplichtingen zijn in verband met uw geplande werken. Is er een vergunningsplicht of is een meldingsplicht genoeg? Als je een omgevingsvergunning nodig hebt: om welke categorie gaat het? Heb je een architect nodig voor deze werken? Wat is de plaatselijke regelgeving? Stap 2: Indienen van de aanvraag via het omgevingsloket. Stap 3: Behandeling van de aanvraag: Is het volledig? Als het dossier onvolledig en/of onontvankelijk is, dan krijg je binnen de 30 dagen een onontvankelijkheidsbewijs of een onvolledigheidsbewijs in je email. Als het dossier wel ontvankelijk en volledig is dan krijg je ook een email met het volledigheidsbewijs. Stap 4: Behandeling van de aanvraag door de desbetreffende instanties. Eventueel volgt er ook een openbaar onderzoek. (vereenvoudigde procedure 60 dagen, gewone procedure met openbaar onderzoek 105 dagen)
Stap 5: Goedkeuring of weigering. In geval van goedkeuring kan je na 35 dagen vanaf de dag van de aanplakking beginnen aan je werken. Indien je aanvraag wordt geweigerd, kan je in beroep gaan of kiezen voor een andere aanpak.
Wanneer uw vergunningsaanvraag wordt geweigerd door de gemeente, kan u nog steeds in beroep gaan bij de provincie. Dit kan binnen de 30 dagen na de weigering. Als ook de provincie uw omgevingsvergunning weigert, dan kan u nog steeds in beroep gaan bij de Vlaamse regering binnen een periode van 30 dagen na de weigering.
Als ook de aanvraag op Vlaams niveau geweigerd wordt, dan heeft u nog de mogelijkheid om in beroep te gaan bij de raad van vergunningsbetwistingen binnen een periode van 45 dagen.